Ik ben geboren en getogen in de Achterhoek (respectievelijk Winterswijk en Neede) en volwassen geworden in Twente. In de grote kleine stad Enschede om precies te zijn. Al kun je je vraagtekens zetten bij die volwassenheid, want wanneer ben je nu echt volwassen? Ik voel me eigenlijk niet volwassen. Het lijkt alsof ik doe alsof. Het voelt als het opvoeren van een act. En zelfs dat niet eens om heel eerlijk te zijn. Ik ben het gewoon niet, volwassen. Maar iedereen verwacht van wel en ik schijn er de leeftijd voor te hebben, dus wat doe je dan? Daarbij, wat is volwassenheid eigenlijk? Nou die vraag gaan we vandaag niet beantwoorden maar wat we wel gaan doen is het vandaag hebben over een volwassen onderwerp.
Racisme! Klinkt eng. Is het niet. Niet voor mij in ieder geval. Want ik ben een Achterhoekse Tukker en dan weet je het wel. Alles multiculti is me vreemd en mijn wereld heeft geen last van kleur. Dat klinkt misschien erg racistisch, maar dat is het niet. Ik leg uit:
Ik ken namelijk geen zwarte mensen. Wat eigenlijk betekent dat ik wel differentieer maar geen verschil maak in gelijkwaardigheid op basis van iemands huidskleur. Want? Nogmaals, ik ken geen zwarte mensen. Oké, nu, hoe werkt dat dan zult u zich afvragen? Simpel. Het is net als Pipilangkous zegt, die Zweedse roodharige met sproeten bedekte chick met tanden als dat van een knaagdier en haar haardracht als dat van een jetski-stuur: ik heb het nog nooit gedaan, dus ik denk dat ik het wel kan. Bedoel ik dan dat ik nog nooit racistisch ben geweest, maar denk dat ik het wel kan? Goed, slechte vergelijk. Misschien. Ja, wel. Ik slaak een diepe zucht. Hoe kan ik negatief denken over iets dat ik niet ken?
Ik ken geen zwarte mensen dus ik heb ook geen vooroordelen met betrekking tot zwarte mensen. Ja, maar dat kun je niet zeggen want onbewust… Fuck dat, en nee (kom ik zo wel op terug). Nu vind ik zwarte mensen, witte mensen, gele mensen, poepkleur mensen ergens al een bijzondere manier om onderscheid te maken tussen mensen. Poepkleur mensen, serieus? Ja, ik zaai graag twijfel. Je zult mij eigenlijk geen verschil zien of horen maken als het gaat om verschil in huidskleur. Ik maak verschil in het type mensen en ook mensen met een andere culturele achtergrond. O, en ik maak ook verschil in mensen die uit andere landen komen. Een totaal andere manier van discriminatie (in de oorspronkelijke betekenis van het woord). Heeft vrij weinig met ras te maken (die kleur komt pas veel later aan bod). Weinig in de zin dat mensen uit een ander land en met een andere cultuur een ander ras kunnen hebben. Maar dat is simpelweg een feit. Aan dat laatste hang ik geen waardeoordeel vast.
Maar onbewust heb ik dus geen vooroordelen als het gaat om mensen met een ander kleurtje? Ja, dat heb je gezegd, hierboven, je kunt het zo teruglezen. Nope, klopt. Ik heb een online test gedaan vriend, het bewijs is geleverd. Dus jij laat dingen afhangen van een online te… Ja! Ik heb trouwens wel vooroordelen als het gaat om Marokkanen, en Turken, en Surinamers. Tuurlijk. Zal ik nooit ontkennen. En mag ik, want daar kan ik wel een boekje over opendoen. Allee-heen, dat heeft dan weer niets met kleur te maken. Beetje pech voor mij dat deze mensen over het algemeen wel een andere huidskleur hebben dan ik, want hoe ga je dan bewijzen dat het niets met de kleur van diens huid te maken heeft? Ja, niet. Hoef ik ook niet. Het punt is: verschil is er. En we houden van verschil.
Als mijn koffie naar thee zou smaken zou ik net zo goed thee kunnen drinken als ik zin heb in koffie. Sterker nog, als het eruit zou zien als thee, het zou smaken naar thee en het zou net zo gemaakt worden als thee dan hadden we het ook gewoon thee genoemd en was koffie misschien het woord geweest voor poep onder je schoen (waar we tot op de dag van vandaag nog geen specifiek woord voor hebben). Ja, poep onder je schoen. Je kunt het omschrijven, maar je kunt er ook gewoon een woord voor bedenken, mensen. Onze wereld wordt gedefinieerd door verschil. Door contrast. Door anders. Niets zou iets anders zijn als er geen verschil was. Een pen en een telefoon. Een toetsenbord en oordopjes (ik noem gewoon even wat willekeurige dingen op die er op m’n bureau liggen). Een dildo en een Fabergé-ei. Verschil moet er wezen. En dan niet op de manier van verschil moet er wezen. Nee, verschil móét er wezen. Op die manier.
Dat is niet OSM. Kent u dat? OSM? U fietst voorbij een terras en uw vriendin vraagt of we daar misschien wat zullen drinken. U kijkt, u schut van nee, u fietst door. Uw vriendin is kwaad want ze is al van de fiets gestapt, heeft inmiddels al een paar keer uw naam geroepen maar u negeert haar volkomen en nu moet ze weer op de fiets stappen en proberen u in te halen om u tot stoppen te manen en passief agressief te vragen waarom u niet reageert. Hoe dan ook, het was niet OSM. Die mensen op het terras, dat is niet, ons, soort, mensen. Paupers! Ga ik níét bij op het terras zitten. Fucking tuig.
Waar hadden we het ook weer over? O ja, racisme. Racisme is van alle tijden. Elke bevolkingsgroep heeft racisten. Want ja, als er geen racisten waren dan was er ook geen racisme. En dan hadden we een ander onderwerp moeten zoeken (en zonder twijfel gevonden!) om over te ouwehoeren. Bedenk je eens over welk onderwerp we nu niet praten omdat het onderwerp niet bestaat (althans, het lijkt me niet). Misschien was dat onderwerp wel veel heftiger geweest. Zoals ‘babybrekers’. Mensen die letterlijk babies breken. Maar dan ook écht breken. Niet af en toe eens een vingertje, of een kleine teen. Oeps, daar ging weer een kleine teen. Nee, ruggengraatjes. Schedeltjes. Fracturen op plaatsen die voor fatale breuken zorgen. De nou-die-baby-kunnen-we-wel-begraven-fracturen. En daar hebben we het dus niet over. Gelukkig maar, zult u denken. Ja, misschien, denk ik dan (stilte).
Op de basisschool hadden we een jongetje in de klas en hij heette Hisham. Net zoals dat we een jongetje in de klas had die Bram heette. We wisten niet beter. Hisham kwam het dichtste in de buurt van iemand met een andere huidskleur. Daarna kwam ik, want we gingen één keer per jaar op vakantie naar het buitenland (zon, zee, strand) en dan kwam ik altijd terug met een lekker bruin huidje. Kwam je oogwit altijd zo lekker door naar voren, en je tanden leken daarna altijd zo wit. Altijd. In de Achterhoek moest je goed zoeken wilde je iemand op huidskleur willen wegzetten of kleineren. En daar had je dan eigenlijk ook helemaal geen zin in. De tijd, de moeite. Stotterde je dan was je de lul. Chiel. Stonk je naar boerderij omdat je op een boerderij woonde dan was je de lul. Marit. Had je een paardentrui aan waarvan de manen van het paard ook daadwerkelijk als een soort haren op de trui waren verwerkt dan was je de lul (mijn moeder maakte nog tot vrij laat in mijn jeugdjaren de keuze voor de kleding die ik die dag aan zou trekken).
Toen ik in groep zes vlak voor Sinterklaas als grapje de opmerking maakte ‘komt die oude zak ook weer in het land’, zei Hisham: “O-hò, weet u wat hij zei?” En hij herhaalde vervolgens wat ik had gezegd zodat de leraar het kon horen en ik werd aangesproken op wat ik had gezegd. Toen dacht ik niet: “Jij kleine kutzwarte.” (Hisham was overigens ook niet zwart, een beetje getint op z’n best, de nepbuitenlander) Ik dacht, what the fuck Hisham. Waarom zou je dat doen? Mij erbij naaien. Ik begreep dat niet. Dit was een interne side-by grap bedoeld voor de andere onvolwassen negen,- en tienjarige kinderen die in mijn groepje zaten (ah, de tijd dat je nog in groepjes van vier tafels in de klas zat). En we hadden ons met ons vieren hard gemaakt in het begin van dat schooljaar om bij elkaar in het groepje te komen. En nu flik je me dit. Een dag later was het vergeven, maar nooit vergeten.
Het ding is, we zijn allemaal poepcontainers (yup, d’r zit een rode draad in dit verhaal). Jij hebt poep in je darmen, ik heb poep in m’n darmen. Die poep is dat wat ons verbindt. Het maakt echt niet uit hoeveel pigment je in je huid hebt zitten. Fuck die shit (pun intended). Racisme? Waar hebben we het over. Ik ben daar gewoon nog niet volwassen genoeg voor.
Met de vriendelijke groeten, uit Pluskut.